De Berner Sennen is een middelgrote, sterke hond die zijn oorsprong vindt in Zwitserland. De Berner Sennenhond werd gefokt als hoeder voor het vee, als waakhond of als trekdier. Inmiddels mag de hond in Zwitserland (net als in Nederland) niet meer gebruikt worden om karren te trekken, ondanks dat ze het erg leuk vinden om te doen.

Er wordt beweerd dat het ras afstamt van de dogachtige honden. Hieruit ontstonden verschillende soorten sennenhonden, boeren honden. In het Dürrbachgebied gingen fokkers zich specialiseren in het fokken van de huidige Berner Sennenhond. Eerst werden de honden 'Dürrbächler' genoemd, een jaar na de oprichting van een vereniging voor dit ras kreeg het ras zijn huidige naam in 1908.

De Berner Sennenhond heeft een waakzaam maar beheerst karakter. Het waken doen ze op het eigen terrein en de leden van het gezin. De hond zal alleen ingrijpen als het echt nodig is. Deze hond is naar mensen toe erg aanhankelijk. Doordat hij is gefokt tot waakhond, is de hond erg zelfstandig, hierdoor kan hij wat eigenwijs zijn. Dit vereist wel een consequente training. De Berner Sennenhond kan goed overweg met kinderen.